Krokodil is bang

Elke avond komt hij weer.
Het monster!
Brutaal stapt hij binnen.
Hij brult: ‘Krokodil, waar zit je?’

Krokodil is vreselijk bang als hij ’s avonds moet gaan slapen. Zodra hij het geklop van Paard met Stippen hoort, weet hij wat er gaat gebeuren. Paard met Stippen komt hem waarschuwen voor het grote Monster. Die wil zijn lieve Krokodillenvrouwtje gevangennemen en opsluiten in het Grote Nachtslot. Doodsbang is Krokodil. Maar plotseling is hij het beu om altijd maar bang te zijn. Daarom wil hij het Monster opwachten en te grazen nemen. Samen met Krokodillenvrouwtje wacht hij. En wacht hij. Maar het Monster laat zich niet zien. En Krokodil wil ineens veel liever slapen dan monsters vangen. Hoe kan dat nou?

Recensies Krokodil is bang

Fantasievol prentenboek over het onder ogen zien van je angst

“Krokodil wordt elke avond geplaagd door een monster, waarvoor hij wegkruipt onder de dekens. Paard met Stippen (zijn knuffel) sommeert hem ernaar op jacht te gaan: het monster heeft Krokodillenvrouwtje te pakken! De volgende ochtend stapt Krokodillenvrouwtje echter vrolijk en ongedeerd naar binnen, terwijl ze beweert helemaal geen monster gezien te hebben. Krokodil besluit dit keer niet voor het monster (en zijn angst) weg te kruipen maar het juist op te wachten zodat Krokodillenvrouwtje kan zien dat het echt bestaat. En juist die nacht komt het Monster niet… Fantasievol prentenboek over het onder ogen zien van je angst (voor het donker). De eenvoudige, trefzekere illustraties lijken in beweging: dunne of juist dikkere lijnen, ingekleurd met grotere kleurvlakken of juist wit gelaten, vlak of juist met schaduwvormen. Fijne uitgave voor 5 jaar en ouder.” – Leesplein, Boek en Jeugdgids

Vertrouwde objecten krijgen een nieuwe invulling

Opmerkelijke illustraties geven dit verhaal inhoud. Sandra de Weijze wisselt verf, potlood en zelfs pen af om dit verhaal gestalte te geven. Dit resulteert in soms ruwe achtergronden of schaduwen en zeer fijne lijntjes zoals bijvoorbeeld de poten van het bed. Krokodillenvrouwtje werd zeer elegant neergezet in een wapperende jurk en een getuite bek. In de illustraties wordt duidelijk dat Krokodil bang is van zijn schaduw, en dat zijn fantasie een loopje met hem neemt. Ook uit de tekst blijkt dat het Monster op Krokodil lijkt. Een leuk en herkenbaar thema voor kleuters met een levendige fantasie. Zodra het licht uit is in de kamer krijgen vertrouwde objecten plots een nieuwe invulling, zoals in het verhaal van Krokodil. Het boek eindigt met een knipoog, want al probeert Krokodil zich ervan te overtuigen dat monsters niet bestaan, zijn twijfel blijft. – Pluizuit.be, Inge Umans

Opgewekte dynamiek

Sandra de Weijze laat de lezer in dit originele en poëtische boekje via fragiele prenten kennismaken met de zachtaardige Krokodil. ’s Nachts deelt hij het bed met zijn knuffeldier Paard met Stippen en krijgt hij bezoek van het grote Monster, een kwaadaardig, krokodilachtig wezen dat het gemunt blijkt te hebben op het Krokodillenvrouwtje. Deze moraal van het verhaal komt veeleer aandoenlijk dan wijsneuzerig over door de innemende tekeningen die het okergele Krokodillenvrouwtje en de grasgroene Krokodil op een even tedere als grappige manier verbeeldt. Sandra de Weijze maakt hiervoor erg vaak gebruik van witruimtes die ze met enkele lijnen omtovert tot grenzeloze fantasieverhalen waar Paarden met Stippen naar Nachtsloten vliegen en waar krokodillen bij elkaar aanbellen met een boeket bloemen in de poot. Dit ontroerend boekje is in taal even grappig en helder als in beeld. De Weijzes tekenstijl is zuinig, maar ze gebruikt wel frisse kleuren en sprankelende lijnen, en geen zwarte contourlijnen, zodat elke lijn ook in kleur deel uitmaakt van de figuur. De Weijze speelt hierbij niet alleen met witruimtes en (sporadisch) kleurvlekken (die bijvoorbeeld de nacht of de schaduw van het grote Monster weergeven) maar ook met het perspectief. Ze varieert tussen o.m. close-ups, kikvors- en vogelperspectief, wat het boek een opgewekte dynamiek verleent. Een mooie ode aan het slapengaan als reizen naar zoete dromen, dat een tegenwicht vormt voor de onbestaande monsters. – Els van Steenberghe, De Leeswelp

Bekijk meer Prentenboeken